ARNHEM – Bewoners van de Schaapsdrift zijn optimistisch over de uitspraak die de rechtbank gaat doen over de zaak die zij hebben aangespannen tegen de gemeente Arnhem. Volgens bewoners van de buurt is het voorkeursrecht ten onrechte opgelegd. De zitting was vandaag.
(Door: Patrick Arink)
Het optimisme van de bewoners is begrijpelijk. Nog voor de rechtszaak begon, had de gemeente al op twee punten een tikje gekregen. Allereerst onderstreepte de rechtbank zelf het belang dat zij hecht aan deze rechtszaak door uit eigen beweging de zitting ‘op te plussen’ van een gewone rechter naar een meervoudige kamer. Dat betekent dat drie rechters zich over de zaak buigen.
Die beslissing toont aan dat ook de rechtbank inziet dat dit niet zomaar een rechtszaak is waarbij een paar boze bewoners hun gelijk proberen te halen bij de rechtbank. Dit gaat ook volgens de rechtbank om de vraag of de Wet voorkeursrecht (Wvg) gemeenten wel correct wordt toegepast door de gemeente Arnhem.
De tweede tik die de gemeente kreeg, is dat de rechtszaak überhaupt gehouden wordt. De gemeente voerde in haar verweerschrift aan dat het voorkeursrecht waarschijnlijk wordt opgeheven voor de bewoners die naar de rechter zijn gestapt. Een rechtszaak was volgens de gemeente daarom niet zinvol.
Mr. Harry Gerritsen voerde namens bewoners aan dat je niet uit mag gaan van iets dat in de toekomst wellicht plaats gaat vinden. En hij vond de rechtbank daarin aan zijn zijde. Zelfs tijdens de zitting voerde de gemeente nog aan dat het Wvg-gebied waarschijnlijk verkleind wordt door de gemeenteraad, maar het argument werd door de rechters genegeerd.
Terecht of onterecht
De rechtszaak zelf draaide om de vraag of de Wvg terecht is opgelegd op de buurt. De gemeente Arnhem vindt van wel: eerst het voorkeursrecht, dan de plannen. In de verdere uitwerking van de plannen wordt vervolgens gekeken op welke onderdelen de Wvg van de wijk afgehaald kan worden.
“Het voorkeursrecht volgt de ruimtelijke ontwikkeling”, aldus stadsadvocaat Mr. Ing. J. de Vries.
Die mening staat haaks op het pleidooi van de jurist van de bewoners.
“De Schaapsdrift wordt al twee jaar lang gegijzeld terwijl van het begin af aan al duidelijk was dat de ambitie van de gemeente nooit past in dit gebied”, aldus Mr. Gerritsen. “De intensivering die de gemeente hier wil, is onrealistisch.”
De gemeente presenteert de gebiedsvisie voor de Schaapsdrift als een “groen plan”. De realiteit is dat de 450 woningen die de gemeente hier wil bouwen ertoe leiden dat de woondichtheid van de Schaapsdrift uitkomt op bijna 90 woningen per hectare. Dat is fors meer dan de 55 woningen per hectare die het Spijkerkwartier en de binnenstad kennen. Dit zijn de twee dichtstbevolkte wijken van Arnhem.
Mr. Gerritsen: “De gemeente heeft toch ook capaciteit in huis die dit soort berekeningen kan maken waaruit blijkt dat deze plannen niet realistisch zijn?”
Dat de intensivering die de gemeente nastreeft slecht onderbouwd is, wordt versterkt door erop te wijzen dat de Wvg op de Schaapsdrift niet wordt toegepast door een bestemmingsverandering, zoals wel gebruikelijk is bij het opleggen van het voorkeursrecht.
Mr. Gerritsen: “Waar woningen staan, komen woningen. Er worden 71 huizen gesloopt. Dat is niet nodig. Je kunt het gebied ook intensiveren met extra woningen zonder dat daarvoor huizen gesloopt moeten worden.”
Sloop was volgens de advocaat van de gemeente echter helemaal niet aan de orde.
“We hebben het hier over het voorkeursrecht, en niet over onteigening en sloop. Wanneer onteigening na het vaststellen van een omgevingsplan wel aan de orde is, dan zijn er voor bewoners voldoende mogelijkheden om daar op dat moment bezwaar tegen aan te tekenen.”
Het was een argument waar de rechters niet automatisch in mee gingen. Zij toonden begrip voor het feit dat bewoners het opleggen van het voorkeursrecht aangrepen om naar de rechtbank te stappen.
Participatie
De gemeente werd tijdens de rechtszaak betrapt op een leugen toen zij aan de rechtbank uitlegde dat de plannen voor de startnotitie van de Schaapsdrift mede door participatie tot stand zijn gekomen.
“Ik zie achter u een aantal bewoners ontkennend hun hoofd schudden”, merkte een van de rechters op.
Een van de bewoners legde de rechtbank daarop uit dat er geen sprake was van participatie.
“Participatie is pas na de startnotitie op gang gekomen, maar de gesprekken met de wethouder hebben wij inmiddels stopgezet. We worden niet serieus genomen.”
Helder
“De zaak is helder”, concludeerde de rechtbank na drie kwartier uitwisselen van argumenten. Samen met de schriftelijke pleidooien die eerder al werden ingediend door beide partijen, zal de rechtbank zich komende weken buigen over een oordeel.
De uitspraak kan twee kanten uitvallen. De gemeente mag verder met het uitwerken van haar plannen, of de rechtbank oordeelt dat de Wvg niet terecht is opgelegd. Uitspraak over zes weken.