Verwoeste huizen op de Middenweg in de Geitenkamp. (Foto: Nico Kramer/Gelders Archief.)

13 april 1945 werd de Geitenkamp gebombardeerd

/

ARNHEM – Ieder jaar worden op 13 april op de Geitenkamp de doden herdacht die hier vielen bij de bevrijding van Arnhem in 1945. Slechts weinig mensen kennen het verhaal van de tragische gebeurtenissen die destijds aan negentien mensen het leven kostten.

(Door: Patrick Arink)

Na de slag om Arnhem in september 1944 werd Arnhem op last van de Duitse bezetter geëvacueerd. De Duitsers vermoedden dat de geallieerden na de verloren Slag bij Arnhem een tweede poging zouden doen om via Arnhem de Rijn over te steken.

Alleen bewoners van de Geitenkamp mochten blijven. Arnhem was frontstad, maar de Geitenkamp lag volgens de Duitsers ver genoeg van het strijdtoneel. Om de Geitenkamp heen werd een prikkeldraadversperring aangebracht om te voorkomen dat mensen de stad in trokken.

De aanval die de Duitsers verwachtten kwam nooit. Pas aan het eind van de oorlog kreeg de 49th ‘Polar Bears’ Infantry Division, die gelegerd was ten zuiden van de Rijn, de opdracht om het noorden en oosten van Nederland te veroveren. Via Arnhem.

De bevrijding van Arnhem vond plaats tussen 12 en 15 april 1945. Canadese en Britse troepen van de Polar Bears Divisie vielen Arnhem binnen via de IJssel bij Westervoort.
Omdat de geallieerden niet wisten hoe sterk Arnhem verdedigd werd, kozen zij het zekere voor het onzekere. De aanval werd vooraf gegaan door een massaal artilleriebombardement op de stad.

Pamfletten

Hoewel de geallieerden wisten dat de Geitenkamp in tegenstelling tot de rest van Arnhem nog gewoon bewoond werd, werd een deel van het bombardement afgevuurd op de Geitenkamp. Om burgerslachtoffers te voorkomen, hadden de geallieerden vooraf pamfletten afgeworpen in de wijk.

“Nederlandse burgers in het gebied GEITENKAMP”, waarschuwde het pamflet. “Het is bekend dat duitsche verdedigingswerken en duitsche troepen zich in het gebied GEITENKAMP bevinden.”

“Twaalf uren na aankomst van deze waarschuwing zullen er granaten exploderen. Die exploderende granaten duiden aan dat een uur later deze plaats zwaar met granaten bestookt en gebombardeerd zal worden. U heeft dus 13 uur tijd om zich in veiligheid te stellen.”

Vluchten

Veel inwoners van de Geitenkamp wilden vanzelfsprekend het oorlogsgeweld ontvluchten. Maar waar naar toe? Uiteindelijk besloten de meeste bewoners van de Geitenkamp om te blijven en te schuilen in hun huizen.

Intussen was in de avond van 12 op 13 april in de verte al het bombardement te horen dat de Canadezen afvuurden op fort Westervoort. Het was ten noorden van dit fort dat de geallieerden die nacht de IJssel bij Arnhem overstaken.

Rond het middaguur op 13 april begon het aangekondigde bombardement op de Geitenkamp.

“In onze straat was het een hels lawaai”, aldus een bewoner van de Geitenkamp na de oorlog. “We raakten in paniek. Die werd nog versterkt toen een geheel verdwaasde man aan de voordeur kwam en schreeuwde: ‘allemaal dood, allemaal dood’. Hij wees daarbij naar de hoek met de Reestraat, waar granaten waren ingeslagen.”

Twee gezinnen, die na het vallen van de eerste granaten hadden besloten om weg te vluchten, waren op straat gedood door een nieuwe granaatinslag.

“Ze waren in stukken gereten; een brede stroom bloed liep over de stoep en in de goot. Ze werden samen in een huis gelegd en toen besloten wij toch maar het bos in te vluchten.”

Veel inwoners die in paniek hun huizen ontvluchtten, werden echter door de Duitsers teruggestuurd hun huis in. Volgens de soldaten was het daar veiliger. Waarschijnlijk hadden ze daar gelijk in.

De meeste inwoners van de Geitenkamp zochten dekking in kelders.
“We lagen urenlang onder zwaar vuur. Overal om ons heen sloegen granaten in, met gierend en verscheurend lawaai. Wat waren we bang, allemaal. Midden tussen ons in stond op een kist een kruisbeeld; iemand had dat meegenomen. Wat hebben we allemaal gebeden en gesmeekt om hulp!”

Na een paar uur hield het bombardement op. Overal in de wijk waren huizen verwoest of zwaar beschadigd. Gewonden werden door vrijwilligers afgevoerd naar de school bij de St. Jozefkerk die als veldhospitaal gebruikt werd.

Het bombardement had niet alleen geleid tot dodelijke slachtoffers, maar ook tot tientallen gewonden. Veel van hen waren er slecht aan toe. De verplegers konden echter weinig voor de gewonden doen. Behalve verband en verdovingsmiddelen hadden zij bijna geen medische voorraden die zij konden gebruiken.

Later die avond zong in de Geitenkamp het gerucht rond dat Arnhem bevrijd was. De meeste Duitsers waren toen al uit de wijk weggevlucht. Maar van de geallieerde soldaten ontbrak nog ieder spoor.

Vanuit de stad klonk in de avond van 13 april nog steeds het geluid van explosies en geweervuur. Hoewel het grootste deel van de gevechten in Arnhem een dag later al voorbij was, duurde het nog een dag voor de behoedzaam oprukkende geallieerde soldaten ook de Geitenkamp bereikten.

Met de bevrijding van de Geitenkamp op 15 april was heel Arnhem bevrijd.