Straatbeeld uit de tijd dat Arnhem te maken had met diftar. (Foto: Roy Mes/Facebook.)

De onmogelijke keuze voor het burgerberaad over afval

/

ARNHEM – Wordt het omgekeerd inzamelen, nascheiding of toch weer diftar? Via het burgerberaad over afval wordt bepaald hoe het afvalbeleid in Arnhem er uit komt te zien. Alle opties die op tafel liggen hebben meer nadelen dan voordelen.

(Door: Patrick Arink)

Tienduizend Arnhemmers werden afgelopen week uitgenodigd om deel te nemen aan het burgerberaad over afval. Uit de mensen die zich aanmelden, worden 150 Arnhemmers geloot die zich mogen uitspreken over het afvalbeleid in de stad.

De politiek is enthousiast over het burgerberaad. Voor het eerst is de stem van inwoners van doorslaggevende betekenis bij een groot politiek dossier. Minder restafval en minder kosten zijn het doel, maar het burgerberaad wordt gesteld voor een onmogelijke opgave. Die keuze is onmogelijk om te maken.

Afvalstoffenbelasting

We sommen hieronder de mogelijkheden op, met de gevolgen van die keuze. Daarbij is het van belang om voor ogen te houden dat de Rijksoverheid druk uitoefent op gemeenten om de hoeveelheid restafval zoveel mogelijk terug te brengen.

Vanaf 2015 moet Arnhem net als andere gemeenten Afvalstoffenbelasting betalen aan het Rijk. Aanvankelijk was dat 13 euro belasting per ton restafval. Inmiddels is dat meer dan 32 euro per 1.000 kilo restafval.

Arnhem berekent die kosten door aan huishoudens via de afvalstoffenheffing, die om deze reden alleen maar verder stijgt. Hoe minder restafval, hoe lager de afvalstoffenheffing.

Het doel van het burgerberaad is dus in essentie om de hoeveelheid restafval zoveel mogelijk terug te brengen. Dat is niet alleen beter voor het milieu, maar betekent ook dat huishoudens in Arnhem minder geld kwijt zijn.

Het burgerberaad krijgt straks drie keuzes voorgelegd waaruit gekozen moet worden: omgekeerd inzamelen, nascheiding en diftar.

Omgekeerd inzamelen

Omgekeerd inzamelen is het systeem dat Arnhem op dit moment kent. Mensen worden op basis van vrijwilligheid opgeroepen om zelf hun afval zoveel mogelijk te scheiden en in de juiste container te stoppen. Gft, textiel, glas, papier, pmd, restafval: voor ieder soort afval is een container.

Het grote voordeel van dit systeem is de vrijwilligheid. Wil je niet scheiden? Best! Dan gooi je al je afval bij het restafval.

Het beleid van omgekeerd inzamelen gaat ervan uit dat we in vier, vijf jaar tijd vanzelf leren om toch beter ons afval te scheiden. Iedereen maakt al jarenlang gebruik van de papiercontainer en de glascontainer. Als het met die twee afvalstromen kan, dan kan dat ook met gft en plastic. Het heeft alleen wat tijd nodig.

Omgekeerd inzamelen kent alleen twee grote nadelen: het eerste nadeel is ‘afvaltoeristen’ uit omliggende gemeenten. Vrijwel alle gemeenten om Arnhem heen kennen een vorm van diftar. Veel mensen uit omliggende gemeenten laden hun auto vol met vuilniszakken om die in Arnhem gratis in de container te gooien. Dat extra afval komt voor rekening van de gemeente Arnhem, die dat doorberekent aan alle huishoudens in de stad.

Het tweede nadeel is dat de hoeveelheid restafval in Arnhem slechts minimaal omlaag gaat. Het streven van de Rijksoverheid is dat ieder huishouden maximaal 100 kilo restafval per jaar produceert. In 2025 mag er volgens de ‘VANG’-doelstellingen (Van Afval Naar Grondstof) van de overheid nog maar 30 kilo restafval per persoon per jaar ingezameld worden. De teller stond in Nederland gemiddeld op 171 kilo.
In Arnhem ligt de hoeveelheid restafval op dit moment op ongeveer 200 kilo per huishouden.

Kortom: Arnhem zit ver af van de doelstellingen, en daar zit een prijskaartje aan. In 2021, toen Arnhem nog diftar kende, bedroeg de afvalstoffenheffing 197 euro doordat er minder restafval was. Afgelopen jaar, met omgekeerd inzamelen, was de afvalstoffenheffing 296 euro.

Nascheiding

De tweede optie die op tafel ligt bij het burgerberaad, is nascheiding. Nascheiding betekent dat waardevolle grondstoffen in de fabriek machinaal uit het restafval wordt gevist. Nascheiding wordt door veel tegenstanders van diftar gezien als de heilige graal: minder restafval, minder kosten en vooral: minder gedoe voor huishoudens.

De realiteit is dat de werkelijkheid helaas een stuk minder rooskleurig is. Grote steden zoals Amsterdam, Rotterdam en Utrecht zijn afgelopen jaren deels overgestapt op nascheiding. Het leidt misschien tot minder gedoe, maar zeker niet tot minder kosten. De afvalstoffenheffing in Arnhem was afgelopen jaar 296 euro. Utrecht: 366 euro. Rotterdam: 384 euro. Amsterdam: 440 euro.

De afvalverwerkers in het oosten en zuiden van Nederland zijn niet, of slechts beperkt in staat tot nascheiding. Dat is het eerste probleem met nascheiding.

Een ander groot probleem van nascheiding is, dat het systeem alleen goed werkt wanneer de grootste hoeveelheid gft-afval niet tussen het restafval zit. En daar gaat het mis. De aanwezigheid van gft tussen het restafval zorgt ervoor dat afval aan elkaar plakt en pmd en metaal er niet goed tussenuit gevist kan worden. En dat is precies waar gemeenten die nascheiding hebben ingevoerd nu mee te maken hebben. Doordat veel afval onbruikbaar is voor nascheiding, verdwijnt het alsnog in de verbrandingsoven.

Bijkomend nadeel is dat blikjes inmiddels niet meer via nascheiding uit het afval gehaald worden doordat er statiegeld op blik is ingevoerd. De ‘opbrengsten’ van nascheiding zijn daardoor gedaald.

Kortom: nascheiding leidt tot minder gedoe, maar leidt niet automatisch tot minder kosten. Veel afvalexperts voegen daaraan toe dat nascheiding het milieubewustzijn van mensen niet bevordert, waardoor gedragsverandering wordt tegengegaan.

Diftar

En dan is er nog diftar. Het systeem waarbij betaald wordt voor iedere vuilniszak met restafval is voor veel gemeenten dé manier om de hoeveelheid restafval terug te brengen. Neem bijvoorbeeld een stad als Maastricht: na invoering van diftar daalde de hoeveelheid restafval tot 114 kilo per huishouden. De hoeveelheid pmd-afval steeg naar meer dan 32 kilo per jaar. Ter vergelijking: in Arnhem werd afgelopen jaar 14,6 kilo pmd ingezameld.

Maar diftar werkt niet overal. We weten er in Arnhem alles van. Het systeem werd in Arnhem in 2020 ingevoerd. Het leidde tot een ongelooflijke teringbende rondom de afvalcontainers. De hoeveelheid gedumpte vuilniszakken leidde op veel plaatsen in Arnhem tot grote ergernis onder bewoners.

Zelfs met de inzet van veel extra vuilniswagens die niets anders deden dan afval weghalen dat naast de containers stond, was de stad een zooitje.
Bovendien gooiden veel mensen hun afval dan maar in de pmd-containers, die gewoon zonder pasje te openen waren. Dat leidde ertoe dat het pmd-afval in slechts 15 procent van alle containers schoon genoeg was. 85 procent van al het pmd-afval werd vanwege de vervuiling alsnog verbrand.

Maar technisch gezien was diftar in Arnhem een succes. De hoeveelheid restafval per huishouden daalde met gemiddeld zo’n 50 kilo per jaar. Dat kwam door een aantal wijken, met name in Arnhem Noord, waarin diftar werkte zoals dat ook in Maastricht gebeurt. Zonder klachten en zonder afval dumpen.

Maar het aantal wijken waar het goed ging, was ook weer niet zo heel groot. Op initiatief van de SP werd in 2021 een lokaal referendum over diftar georganiseerd. Een kleine meerderheid stemde voor het afschaffen van diftar en het systeem werd binnen een jaar na invoering afgeschaft.

Kortom: diftar werkt, maar de prijs die Arnhem daarvoor betaalt is een stad die vol staat met gedumpt afval. En een meerderheid van Arnhem heeft via een referendum laten weten dat zij niets ziet in het systeem.

Maak uw keuze:

Dus ga er maar aan staan, burgerberaad: maak maar een keuze.

Omgekeerd inzamelen betekent teveel restafval en daarmee hoge kosten.

Nascheiding betekent nog hogere kosten, als je al een afvalverwerker kunt vinden die dat kan doen.

Diftar betekent lagere kosten, maar wonen in een smerige stad. Bovendien heeft een meerderheid van Arnhem diftar al weggestemd.

Succes!