Biobouw als oplossing om circulaire bouwdoelen te halen

/

ARNHEM – Arnhem heeft nog een lange weg te gaan om haar doelstellingen met circulair bouwen te halen. De gemeente wil dat 25 procent van alle nieuwbouw in 2025 circulair is. Op dit moment staat de teller tussen de 8 en 10 procent. Dat bleek gisteravond tijdens een avond over biobouw bij architectuurcentrum CASA.

(Door: Patrick Arink)

In een circulaire economie worden grondstoffen hergebruikt en ontstaat geen afval. Als het aan de overheid ligt, is Nederland in 2050 volledig circulair. In Arnhem zijn de ambities nog wat hoger. Over twee jaar moet 25 procent van alle nieuwbouw al circulair zijn en in 2030 moet dat 50 procent zijn.

Gaat dat lukken? Nee. Van geen kanten.

“Het probleem met circulair bouwen is dat we dat op dit moment niet kunnen afdwingen”, aldus een ambtenaar van de gemeente. “Er is een verschil tussen onze doelstelling en de regelgeving. De wetgeving loopt achter. Alleen bij de eigen projecten van de gemeente, zoals bijvoorbeeld bij de verbouwing van het Stadstheater, kunnen we eisen stellen.”

Als het aan de grote spelers in de bouwwereld ligt, blijft er gebouwd worden op de manier waarop we dat gewend zijn.
“Maar we kunnen niet doorbouwen op de manier waarop we dat nu doen”, stelt architect Niels Groenewoud. Met zijn bureau Werkstatt heeft hij zich gespecialiseerd in duurzaam bouwen, of zoals dat tegenwoordig genoemd wordt: biobased bouwen.

“Iedereen wil verduurzamen, maar de focus ligt vaak bij energiebesparing”, aldus Groenewoud. “Maar meer dan de helft van de co2-uitstoot ontstaat bij de bouw door materiaalgebonden emissies. Dus wij zeggen: richt je daar dan op.”

Guerilla

Groenewoud bouwt alleen met natuurlijke materialen zoals hout, vlas, stro, papier en kalkhennep. Afgelopen jaren was dat vooral kleinschalig, maar dat is in rap tempo aan het veranderen.

Groenewoud: “We zijn nu bezig met een project van enkele honderden woningen. Je kunt met deze materialen makkelijk opschalen naar grotere aantallen. We zien dat deze manier van bouwen nu een enorme vlucht neemt. Binnen ons vakgebied is er eigenlijk maar weinig aandacht voor de manier waarop wij werken. Het is een beetje guerilla.”

Dat mag dan zo zijn. Feit is wel dat de bouwwereld met interesse kijkt naar het pionierswerk van Groenewoud. Zijn bureau Werkstatt werd onlangs genomineerd voor de prestigieuze titel ‘Architect van het Jaar’. Want ook in de bouwwereld heerst het besef dat we aan de vooravond staan van een transitie.

“Veel producten in de bouw dragen bij aan een hoge stikstofuitstoot”, aldus Groenewoud. “Boeren en bouwers trekken allebei aan hetzelfde stukje, met stikstof als scherprechter.”

Bij de huizen die Groenewoud bouwt, speelt stikstof geen rol.
“Als wij een huis bouwen van kalkhennep, dan kan dat gewoon versnipperd worden als je het na verloop van tijd afbreekt. Vervolgens kun je dat uitstrooien over een akker om de bodem te voeden.”

Goretex regenjas

De biobased huizen die Groenewoud bouwt hebben nog een ander belangrijk voordeel: ze ademen.

Niels Groenewoud: “De huizen die tegenwoordig gebouwd worden, zijn door de strenge isolatie-eisen volledig afgesloten met plastic. Je kunt het vergelijken met hardlopen in een plastic regenjas. Na een tijdje is die jas van binnen helemaal nat. Biobased huizen zijn te vergelijken met een Goretex regenjas. Het houdt de regen buiten, maar het ademt wel. Dat is veel prettiger.”

Hieronder:
Bekijk de film die Architectenweb maakte over de nominatie van Werkstatt voor ‘Architect van het Jaar 2022’.