ARNHEM – Als we de stad in de toekomst leefbaar willen houden, dan kan dat alleen wanneer de rol van de auto nog verder wordt teruggedrongen. Dat was kortgezegd de boodschap van stedenbouwkundige Marco Broekman tijdens een bijeenkomst van architectuurcentrum CASA met als thema ‘De Heilige Koe’. Het was een boodschap die met instemming werd ontvangen.
(Door: Patrick Arink)
Ruim baan voor de auto! Dat was de grondgedachte bij het herbouwen van Arnhem na de Tweede Wereldoorlog. De auto had de toekomst, en dus moest je met de auto overal kunnen komen. De naoorlogse inrichting van de binnenstad is er een voorbeeld van.
Parkeren deed je op het Kerkplein, de Markt of het Gele Rijdersplein. Tanken in de binnenstad? Dat kon gewoon bij een van de tankstations op het Velperplein, het Gele Rijdersplein of op de Korenmarkt.
Inmiddels zijn we anders gaan denken over de rol van de auto. De tankstations in de binnenstad zijn verdwenen en de parkeerpleinen in het centrum zijn inmiddels autovrij. Maar nog altijd speelt de auto een grote rol in de stad. Zestig procent van alle auto’s op de centrumring, is bezig met een autorit van zeven kilometer of minder. Dat moet anders.
Autovrije wijk
“Doordat we in Arnhem meer gaan verdichten, zullen we anders moeten omgaan met mobiliteit”, aldus CASA-directeur Ton Schulte. “De rol van de auto in het bijzonder zal veranderen.”
Maar hoe doe je dat? Iemand die daar verstand van heeft is stedenbouwkundige Marco Broekman. Met zijn bureau BURA ontwierp hij in Utrecht de nieuwe wijk Merwede. Het wordt de eerste autovrije wijk van Nederland.
Volgens Marco Broekman zitten we niet alleen in een energietransitie, maar ook in een mobiliteitstransitie.
“Veel steden in Nederland zijn bezig met verdichting. Maar verdichting brengt veel meer met zich mee dan alleen het bouwen bouwen bouwen van woningen. Auto’s maken stedelijke ontwikkelingen onhaalbaar. En dat is ook zo wanneer iedereen in een elektrische auto rijdt. Het ruimtebeslag van auto’s is gewoon te groot.”
Om de rol van de auto verder terug te dringen, is het daarom belangrijk dat nieuwe wijken anders worden vormgegeven dan in het verleden.
Broekman: “De manier waarop we de stad vormgeven, heeft invloed op de manier waarop we ons bewegen.”
Merwede in Utrecht is een goed voorbeeld van de manier waarop Broekman dat voor ogen heeft.
“We hebben heel lang woonwijken ontworpen waar alleen woningen stonden en verder niet zoveel voorzieningen. Merwede wordt geen woonwijk, maar een stadswijk. Naast woningen zijn daar ook voldoende andere voorzieningen zoals scholen, winkels en werkplekken. De stad verandert van concentrisch naar polycentrisch.”
Merwede is voor het grootste gedeelte autovrij. Je auto parkeren doe je in Merwede in parkeergarages aan de rand van de wijk. In de wijk zelf zijn meerdere grote fietsenstallingen. Wegen zijn ingericht voor fietsers en voetgangers. Twee mobiliteitshubs ontsluiten de wijk met openbaar vervoer.
STOMP
Bij het ontwerpen van Merwede, staat het STOMP-principe centraal. STOMP staat voor Stappen, Trappen, Openbaar Vervoer, Mobility as a Service. (MaaS) en Particuliere auto. Niet de auto, maar de voetganger staat vooraan. De auto is hekkesluiter bij mobiliteit.
Broekman: “Merwede is zo ontworpen, dat je in 15 minuten kunt komen waar je wilt zijn. Het is een showcase voor andere steden die ook bezig zijn met verdichting.”
Eén van die steden is Arnhem. Het ontwikkelperspectief voor Spoorzone Arnhem Oost werd afgelopen jaar door bureau BURA van Marco Broekman opgesteld. Ook hierin staan voetgangers en fietsers vooraan bij mobiliteit en speelt de auto een bijrol.
Het is precies de manier waarop het nieuwe stadsbestuur aan de slag wil in Arnhem.
“Een kleinere rol voor de auto en een grotere rol voor voetgangers en fietsers is een keuze die we niet alleen maken vanwege duurzaamheid”, aldus Mattijs Loor van D66. “Het heeft zeker ook te maken met de leefbaarheid van de stad. We moeten alternatieven bieden om mensen uit de auto te krijgen.”
Marco Broekman heeft wil tips om dat in het beleid van de gemeente vorm te geven.
“Er is veel wat je kunt doen in Arnhem. Arnhem zou de ambitie uit de Omgevingsvisie door moeten zetten en die uitwerken in pilotprojecten. Maak je eigen organisatie als gemeente klaar voor een andere manier van denken en organiseer draagvlak onder bewoners. Gebruik verdichtingsprojecten om de mobiliteitstransitie verder aan te jagen. En experimenteer. Richt bijvoorbeeld de singels in als park.”
Integrale aanpak
Het idee voor het Singelpark van Buro Harro is in opdracht van Platform Binnenstad Arnhem (PBA) gemaakt. Het idee heerst dat PBA tegenstander is van het terugdringen van de auto, maar volgens Marian van Hooij van PBA is dat een misverstand.
“Wij zijn niet tegen de verandering met mobiliteit, maar waar we als binnenstad zorgen om hebben is over de bereikbaarheid. Als de auto in de ban gaat en je hebt je alternatieven niet op orde, dan heb je als binnenstad een probleem.”
“Je moet dit integraal aanpakken”, meent Van Hooij. “Je moet niet alleen kijken naar mobiliteit of naar duurzaamheid. De binnenstad ontwikkelt zich ook tot een plek van ontmoeten, spel en recreëren. Alles staat met elkaar in verband.”
Aan een integrale aanpak wordt gewerkt, aldus een van de aanwezige ambtenaren van de afdeling Mobiliteit.
“We hebben een historie van geen totaalbeleid, maar dat is de laatste jaren aan het kantelen. Er wordt nu veel meer nagedacht over een integrale benadering.”
Toch is niet iedereen voorstander van een integrale aanpak.
“Gelul”, aldus een van de aanwezigen. “Begin alsjeblieft niet met eerst het opstellen van een integrale visie. Je moet gewoon beginnen!”
Maar dat gebeurt ook, aldus een andere medewerker van de afdeling Mobiliteit.
“Een paar jaar geleden hebben we de Johan de Wittlaan anders ingericht om de auto minder ruimte te geven en meer groen aan te leggen. Volgend jaar wordt de Velperweg opnieuw ingericht met meer groen en minder ruimte voor de auto. Integraal? Ja. Nu beginnen? Ook ja.”