Longread: in een nieuwe Slag om Arnhem zouden de Sovjets bij Meinerswijk zijn tegengehouden

/

ARNHEM – Jarenlang was het strikt geheim. Pas de laatste jaren is er meer bekend over de IJssellinie die in de jaren vijftig werd aangelegd tegen het Rode Gevaar. In Arnhem zijn nog veel restanten van de IJssellinie terug te vinden. Niet alleen langs de rivier, maar ook midden in Klarendal.

(Door: Patrick Arink)

Het onder water zetten van land om een vijandelijke opmars tegen te houden is iets wat we in Nederland al eeuwenlang doen. De Waterlinie uit de Gouden Eeuw is daar het bekendste voorbeeld van. Het idee om land onder water te zetten werd in de Koude Oorlog weer van stal gehaald. Zo werd na de Tweede Wereldoorlog de IJssellinie aangelegd.

Het idee van de IJssellinie was om in geval van een aanval door het Warschaupact, een gebied van Nijmegen tot aan Kampen onder water te zetten om de vijandelijke opmars te stuiten. Een strook water van bijna 200 kilometer lang en 10 kilometer breed moest het westen van Nederland beschermen tegen de oprukkende communisten.

Door caissons af te zinken in de Waal bij Nijmegen, op de IJssel bij Olst en bij Meinerswijk op de Neder-Rijn zou de hele IJsselvallei onder water komen te staan. Een ingenieus systeem van overlaatplekken en dijken moest er vervolgens voor zorgen dat het waterniveau te hoog was om doorheen te waden, maar te laag was voor boten.

Stuw bij Arnhem


“De Nederrijn bij Arnhem was een van de drie prominente plekken in de IJssellinie”, vertelt Hans Jugerius. Jungerius maakte voor Omroep Gelderland een programma over de IJssellinie.

“Ten westen van Arnhem heb je aan de noordelijke oever van de rivier nog de oude defensiehaven. Daar lag in de jaren vijftig een grote drijvende betonnen bak; een caisson. Als de Koude Oorlog heet zou worden, dan zou dat caisson in de Nederrijn gevaren worden en afgezonken worden.”

Door het zinken van vrachtschepen en het opspuiten van zand aan beide kanten zou een stuw ontstaan waardoor het water bij Arnhem werd tegengehouden.
Jungerius: “Je zou een dam hebben in de rivier, waardoor het gebied tot aan Kampen onder water zou lopen.”

Op de foto hierboven is te zien hoe het caisson in de defensiehaven klaar ligt voor gebruik. De foto is opmerkelijk, want om verkenning vanuit de lucht te voorkomen was de defensiehaven meestal goed gecamoufleerd. De stuw was gecamoufleerd met houten roosters en netten, en in het water lagen drijvende rietschermen. Bovendien gold er een fotoverbod. Soldaten keken toe op de naleving daarvan. Hoe minder de vijand wist, hoe beter.

En dat gold ook voor de lokale bevolking. De aanwezigheid van het caisson was in Arnhem redelijk bekend, maar dat het gevaarte bedoeld was om de rivier af te dammen wisten slechts weinig mensen. Het caisson was bedoeld als noodbrug in geval van nood had de overheid als verklaring gegeven.

Wat er met het caisson gebeurd is na het opheffen van de IJssellinie is onduidelijk, maar zowel de defensiehaven als de betonnen peilers aan de noord- en zuidoever zijn nog altijd overgebleven relieken uit die tijd. Als je weet waar je moet kijken, vind je op verschillende plekken in Arnhem nog veel restanten terug die herinneren aan de IJssellinie.

Tanks in Meinerswijk


Veel van de sporen van de IJssellinie vind je terug in Meinerswijk. Om de stuw bij Arnhem te verdedigen tegen pogingen van de communisten om het water weer via de Nederrijn weg te laten stromen, werd een groot netwerk met bunkers en kazematten aangelegd. Veel van die bunkers zie je nog terug wanneer je door Meinerswijk wandelt, vooral in de buurt van het castellum. Het is hier waar de verdediging van de stuw bij Arnhem gecoördineerd werd.

“Ze hadden in Meinerswijk een heel verdedigingsnetwerk gebouwd”, vertelt Hans Jungerius. “Daarmee probeerden ze te voorkomen dat de stuw veroverd en vernietigd zou worden. Die verdediging bestond uit maar liefst 24 tanks die in beton gegoten waren, met alleen de geschutskoepel er nog bovenuit. Die tanks zijn Amerikaanse Sherman tanks uit de Tweede Wereldoorlog die na de oorlog in Nederland waren achtergebleven.”

Overigens vind je de ingegraven tanks niet alleen terug in Meinerswijk, maar ook aan de noordelijke oever van de Nederrijn. Ook aan de Klingelbeekseweg vind je er een paar terug langs de kant van de weg. De foto bovenaan dit artikel is daar genomen.

Mochten de Sovjets geprobeerd hebben om tijdens de Koude Oorlog Nederland binnen te vallen, dan waren ze bij een nieuwe Slag om Arnhem bij Meinerswijk tegengehouden. Inmiddels zijn de meeste van de 24 ingegraven tanks verwijderd, maar een aantal van de bunkers is gebleven. In Meinerswijk zijn nog vier ingegraven tanks terug te vinden. Wel is de loop van de tanks overal verwijderd.

Doorlaatbrug Meinerswijk


Veel mensen denken dat ook de doorlaatbrug in Meinerswijk onderdeel is van de IJssellinie. Die doorlaatbrug zou bij een Russiche aanval gebruikt moeten worden om de waterstand in de rivier te reguleren om te voorkomen dat het water te hoog of te laag zou komen te staan, is het idee bij veel mensen.

Als je dat dacht, heb je het mis. Maar troost je: je bent niet de enige. De doorlaatbrug heeft zelfs de status van Rijksmonument gekregen omdat men dacht dat de brug een onderdeel vormde van de IJssellinie.

De brug is pas gebouwd in 1966. De IJssellinie was toen al een aantal jaren opgeheven en her en der was men al bezig met de ontmanteling van de IJssellinie. De doorlaatbrug is wel gemaakt om de waterstand te reguleren, maar dat was voor de steenindustrie die in de jaren zestig nog een belangrijke functie had in Meinerswijk.

Ook de doorlaatbrug aan de Eldensedijk maakt geen onderdeel uit van de IJssellinie. Die brug stamt uit 1935, lang voordat er sprake was van een IJssellinie.

Dijk bij Elden


Wat wél onderdeel uitmaakt van de vroegere IJssellinie, zijn de Drielsedijk en de dijk tussen de A325 en Elden. Wanneer de IJssellinie in gebruik zou zijn, zou het water dat bij Arnhem werd tegengehouden in de richting van de IJssel stromen. Om te voorkomen dat de Betuwe onder water kwam te staan, in plaats van de IJsselvallei, werd hier een hoge dijk opgeworpen om het water de goede kant op te sturen.

Overigens bestond de Drielsedijk ook al in de Tweede Wereldoorlog. Het is juist hier dat de Duitsers na operatie Market Garden op 2 december 1944 de dijk opbliezen om de Betuwe onder water te zetten en zo een geallieerde opmars te stoppen.

Klarendal


Een gebouw dat veel Arnhemmers kennen, maar weinig mensen herkennen als onderdeel van de IJssellinie is het gebouw dat onderdeel uitmaakt van speeltuin de Leuke Linde in Klarendal. Het speels geschilderde gebouwtje is een districtsbunker die bedoeld is voor communicatie in geval van oorlog.

De grootste angst van Defensie tijdens de Koude Oorlog was dat alle normale vormen van telecommunicatie zouden uitvallen. En wat dan?

In het grootste geheim werd vanaf het begin van de jaren vijftig gewerkt aan beveiligde telefoonverbindingen. Er werd een speciaal noodnet aangelegd met beschermde telefooncentrales. De bunker die midden in de speeltuin in Klarendal staat, is een van die geheime telefooncentrales. Via de bunker werd een geheim mini-noodnet in de lucht gehouden.

Wat je in de speeltuin ziet, is alleen het bovengrondse gedeelte van een van de districtsbunkers van het mini-noodnet. De bunker heeft echter ook een grote ondergrondse ruimte. De bunker heeft een kantine met een huisbar, slaapplaatsen, een noodhospitaal en noodaggregaten. Ongeveer 25 soldaten kunnen het in de bunker 14 dagen kunnen uithouden.

Het opvallende aan deze bunker is: zowel het mini-noodnet als de centrale in de districtsbunker zijn officieel nog steeds in gebruik.

IJssellinie overbodig

De IJssellinie was vanaf het begin van de jaren vijftig tot en met 1964 in gebruik. Daarna werd in NAVO-verband gekozen voor een andere verdedigingsstrategie die ervan uitging dat je de communisten het beste aan de grens met de DDR al tegen kon houden, en niet pas in Arnhem.

Toch bleef het bestaan van de IJssellinie nog tot en met 1990 geheim. Het veranderde pas toen de Sovjet Unie uit elkaar viel en veel vroegere geheime documenten uit de USSR op straat kwamen te liggen. Uit stafkaarten bleek dat de Russen prima op de hoogte waren van de IJssellinie en alle hindernissen die er voor ze klaar lagen.

Maar had die IJssellinie nou echt veel nut? Toenmalig staatssecretaris van Defensie Joop Haex is verantwoordelijk voor de komst van de IJssellinie. Hij is er vast van overtuigd dat de verdedigingslinie zin had.
“Als ik het niet gedaan had, dan hadden we niets gehad. Hoe zou het dan gegaan zijn? Die hindernis van 200 kilometer was niet aantrekkelijk voor een aanvaller. Dat kun je wel vergeten.”

Volgens Hans Jungerius is dat onzin:
“Arnhem is in april 1945 bevrijd door de geallieerden met behulp van amfibievoertuigen. Vanuit Westervoort werd een hele divisie over de IJssel gezet met zogeheten buffalo’s. Dat zijn amfibievoertuigen die zowel op land als in het water gebruikt kunnen worden. En tien jaar later ga je dan een waterversperring bouwen om de Russen tegen te houden. Alsof die geen amfibievoertuigen zouden hebben.”

Meer weten over de IJssellinie?
De stichting IJssellinie heeft een omvangrijke website met achtergrondinformatie, routes, rondleidingen en open dagen: https://www.ijssellinie.nl/.

Hieronder:
Een 3D-animatie van de stuw bij Arnhemn.