Het kunstwerk 'Wild Cage' vqn Lois Weinberger.

Meer groen en meer mensen in de stad? Kan best!

ARNHEM – Hoe zorgen we ervoor dat we een gezonde, groene stad krijgen met meer verdichting? Natuur en stad gelden als elkaars tegenpolen, maar volgens landschapsarchitect Joost Emmerik is er geen enkel probleem om die twee dingen met elkaar te combineren. Bij architectuurcentrum CASA vertelde hij er meer over.

(Door: Patrick Arink)

Als landschapsarchitect heeft Joost Emmerik regelmatig tuinen aangelegd voor mensen.
“Daarbij probeer ik de condities te maken voor al het leven. Voor mensen, dieren en insecten. Als mensen een kliko in hun tuin willen hebben is dat prima. Maar voor mij is het bijzaak. Het gaat mij erom dat de mens onderdeel is van een samenhangend geheel.”

Wat voor Joost Emmerik geldt voor particuliere tuinen, geldt op grote schaal ook voor steden. Veel steden zien zich gesteld voor een bijna onmogelijke opgave. Hoe zorgen we voor meer groen op minder ruimte om de uitdagingen van deze tijd op te vangen en zorgen we er tegelijkertijd voor dat de stad een aangename habitat wordt voor alle soorten?

Voor Joost Emmerik is er geen tegenstelling. Want:
“We staan als mens niet boven de natuur. Ik vind dat we vanuit dat perspectief moeten ontwerpen. Of het nou gaat om een achtertuin of om een snelweg. Mens en natuur zijn twee aparte entiteiten geworden die niets met elkaar te maken lijken te hebben. Natuur wordt vaak gezien als een levenloze massa waarmee we kunnen doen wat we willen. Die houding heeft gezorgd voor de klotesituatie waar we nu in zitten.”

Door de natuur in de stad meer ruimte te geven, herstel je de band tussen mens en natuur.
Emmerik: “Zo eenvoudig is het. Je kunt de openbare ruimte goed gebruiken om de relatie tussen mens en natuur te herstellen.”

Met een voorbeeld legt joost Emmerik uit wat hij bedoelt.
“De kunstenaar Lois Weinberger heeft in een stad in Oostenrijk een ronde kooi gemaakt op een plein. Binnen die kooi heeft hij de tegels weggehaald. Meer niet. Na een tijdje was dat meteen één groene wildernis. Als je een stoeptegel weghaalt, groeit er meteen iets.”

Radicaal vergroenen

De filosofie van Joost Emmerik over het herstellen van de band tussen mens en natuur sluit aan bij de visie van de gemeente Arnhem. Arnhem wil in de stad ‘radicaal vergroenen’. Asfalt, stenen en verharding moeten zoveel mogelijk plaatsmaken voor groen in de openbare ruimte.

Wethouder Cathelijne Bouwkamp: “We weten veel over het klimaat in de stad. Door die kennis kunnen we keuzes maken. Want we moeten anders kijken naar onszelf en de natuur. We hebben in Arnhem natuurvolgend beleid. Dat betekent bijvoorbeeld dat we kijken naar natuurlijke processen. In de praktijk houdt dat bijvoorbeeld in dat we niet altijd en niet overal maaien.”

Dat betekent in de visie van wethouder Bouwkamp dat de mens lang niet altijd overal leidend is.
“Een groot gedeelte van onze gemeente is groen. Bij de Veluwe willen we meer ruimte geven aan flora en fauna. Dat betekent dat je mensen minder ruimte geeft, bijvoorbeeld om te wandelen en te fietsen.”

Ook inwoners spelen in het beleid van de gemeente Arnhem een grote rol bij het vergroenen van de openbare ruimte.
Bouwkamp: “Via de wijkgroenagenda kunnen bewoners met hulp van de gemeente meer groen realiseren in hun buurt. De wijkgroenagenda helpt om bewoners zelf wat te laten doen, door zelf planten te planten en die te onderhouden.”

In de praktijk betekent dit ook dat veel versteende straten in de stad op grote schaal vergroend worden.
Henk Wentink van de gemeente Arnhem: “Neem de Van Muijlwijkstraat. Die is een paar jaar geleden door CASA nog uitgeroepen tot lelijkste straat van Arnhem. De straat is van gevel tot gevel versteend, maar over een tijd ziet de straat er heel anders uit. Een van de drie rijbanen verdwijnt. Er komt een groene middenberm met meer dan twintig bomen. Bovendien wordt de stoep een stuk minder breed. Van acht meter breed gaat dat naar twee meter. Ook die ruimte wordt gebruikt voor grassen, groen en planten.”