Het spooremplacement in 1870. Op de achtergrond de Walburgiskerk, de Grote Kerk en de Kleine Eusebiuskerk. (Foto: Gelders archief.)

Oude doos: Het Oostenrijksch muzijkkorps te Arnhem

(Uit den Arnhemsche Courant van 2 julij 1865)

Gisteren avond had zich eene ontelbare volksmenigte in de nabijheid van het spoorwegstation verzameld om de aankomst van den laatste trein af te wachten, waarmede het beroemde Oostenrijksche muzijkkorps, dat dezer dagen de muziekfeesten te Haarlem opluisterde, herwaarts zou komen.

Ook het muzijkkorps van het regiment rijdende artillerie bevond zich op het station om zijne vreemde kunstbroeders te verwelkomen. Tegen half tien kwam de trein aan, terwijl men reedsch uit den verte het Nederlandsch volkslied hoorde, door de Oostenrijkers aangeheven.

Nadat de muzijk der rijdende artillerie hen met het Oostenrijks volkslied beantwoord had, trokken beide korpsen, omgeven door een detachement kavallerie en eene ontzaggelijke menigte volks de stad door naar de woning van den generaal majoor provinciaal kommandant en ragten dien hoofdofficier eene serenade.

Vervolgens trok de stoet naar den groote markt en schaarde zich voor het huis van de Staatsraad, commissaris des konings, alwaar de volksliederen en verscheidene andere muzijkstukken werden uitgevoerd.

Telkens werd de meesterlijke uitvoering er van met daverend gejuich en handgeklap der toehoorders die het geheele marktplein vulden, bekroond. Heden morgen ten 5 uur vereenigde het Oostenrijksch muzijkkorps weder op de markt en vertrok van daar naar de stoomboot, die het naar Mainz zou terugvoeren.

Ook toen hadden nog honderden stadsgenooten gelegenheid de heerlijke muzijk van het beroemde korps te hooren. Eindelijk verliet de stoomboot ten 6 ure deze stad onder het spelen van het Nederlandsch volkslied en het lossen van het geschut.