ARNHEM – Het Romeinse fort in Meinerswijk komt mogelijk samen met de rest van de Romeinse limes op de werelderfgoedlijst van Unesco. Nederland en Duitsland hebben de vroegere noordgrens van het Romeinse Rijk voorgedragen omdat de limes wordt gezien als een “uniek en onvervangbaar monument met universele waarde voor de mensheid”.
Al vanaf 2014 zijn Nederland en Duitsland bezig met de voordracht tot werelderfgoed. De Unesco neemt over een paar maanden een besluit. Of dat besluit positief is, is nog lang niet zeker. Medewerkers van Unesco waren in september vorig jaar in Nederland. In een rapport na afloop lieten ze, kort samengevat, weten dat ze de aanwezigheid van Romeinse resten wat magertjes vonden.
Het Romeinse fort in Arnhem is gevisualiseerd met schanskorven. De originele restanten zijn niet zichtbaar. Die liggen verborgen onder zeven meter rivierklei. En daar zit hem de crux. Unesco heeft grote waardering voor de manier waarop het Romeinse verleden in Nederland in beeld wordt gebracht, maar vindt dat er te weinig originele Romeinse resten zichtbaar zijn.
Zelfs in het archeologische park in Xanten in Duitsland zijn maar weinig originele Romeinse gebouwen te zien. De meeste huizen, herbergen en andere gebouwen zijn gereconstrueerd naar het oorspronkelijke voorbeeld.
Desalniettemin hebben Nederland en Duitsland er vertrouwen in dat de Romeinse limes over een paar maanden aan de lijst met werelderfgoed wordt toegevoegd. Of dat gaat gebeuren is nog eventjes afwachten.
Castellum Meinerswijk
De Rijn vormde 2.000 jaar geleden de noordgrens van het Romeinse Rijk. Met forten en andere legerplaatsen werd die grens beschermd. Met 19 vindplaatsen in Nederland en 25 in Duitsland zijn er veel Romeinse resten gevonden, waaronder dus het castellum in Arnhem.
Het castellum in Arnhem werd waarschijnlijk rond het jaar 15 na Christus gebouwd ter voorbereiding van de Germaanse veldtochten van de Romeinse generaal Germanicus. Het castellum is ongeveer 250 jaar in gebruik geweest en bood plaats aan ongeveer 500 soldaten.
Uit archeologisch onderzoek weten we dat het Arnhemse castellum meerdere malen herbouwd is. Het fort werd verwoest tijdens de Bataafse opstand en meermalen werd het castellum overspoeld door de rivier, die toen nog niet bedijkt was en iedere paar jaar een andere loop volgde.
“Je weet daar niet waar het land ophoudt en waar het water begint”, verzuchtte een Romeinse schrijver over het rivierengebied langs de Rijn.
In de buurt van het castellum moet een Romeins-Bataafse nederzetting hebben gestaan, maar die is nog niet teruggevonden. Er is veel discussie geweest over de Romeinse naam van het fort. Aanvankelijk werd gedacht dat het om castellum Arenacum ging en dat de naam Arnhem daarvan is afgeleid.
Inmiddels is duidelijk dat Arenacum bij Kleef in Duitsland lag. Historici gaan er tegenwoordig van uit dat het gaat om Castellum Levefanum.
Video
Hieronder: parkwachter Jeroen Glissenaar vertelt meer over het Romeinse castellum voor Ditisarnhem.nl de website van Citymarketing Arnhem.